Dit wetsvoorstel wijzigt de begroting van uitgaven en ontvangsten voor het jaar 2024 van het gemeentefonds. Deze wijziging houdt verband met de Voorjaarsnota 2024.
Dit wetsvoorstel wijzigt de begroting van uitgaven en ontvangsten voor het jaar 2024 van het provinciefonds. Deze wijziging houdt verband met de Voorjaarsnota 2024.
Dit wetsvoorstel bevat de begroting, de Raming, voor de Tweede Kamer voor het jaar 2025. Deze Raming wordt vervolgens door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties toegevoegd aan hoofdstuk IIA van de Rijksbegroting.
Dit wetsvoorstel heeft als doel dat de regie op de volkshuisvesting door overheden wordt hernomen en biedt de bestuurlijke instrumenten die daarvoor nodig zijn. Daarbij gaat het om regie op aantallen woningen en locaties, op betaalbare woningen en een evenredige verdeling daarvan en om het verstevigen van lokale prestatieafspraken. Daarnaast wordt voorzien in versnelde behandeling van beroepen tegen besluiten van zwaarwegend maatschappelijk belang door de bestuursrechter.
Dit wetsvoorstel leidt tot regulering van huren, in het bijzonder in de op dit moment vrije huursector. Dat gebeurt door het zogenoemde woningwaarderingsstelsel (WWS) uit de sociale huursector ook verplicht toe te passen op de vrije huursector tot een huurwaarde van €1123 (regulering middenhuur). Daarnaast wordt voorgesteld om de rechtspositie van huurders te verbeteren door de maximale huren uit het WWS als dwingende norm op te leggen. Dit laatste geldt voor zowel de sociale als de vrije huursector. Het wetsvoorstel steunt op vier pijlers: 1. huurders beschermen tegen hoge huren, 2. een voldoende omvangrijk middenhuursegment realiseren, 3. de investeringsbereidheid van verhuurders in de vrije huursector op peil houden en 4. verduurzaming van huurwoningen stimuleren.
Dit wetsvoorstel herstelt een aantal gebreken van ondergeschikte aard in diverse wetten hoofdzakelijk op het terrein van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Het gaat voornamelijk om gebreken die louter technisch van aard zijn, zoals verschrijvingen, onjuiste verwijzingen, terminologische onvolkomenheden en gebreken die zijn ontstaan als gevolg van onjuist geformuleerde wijzigingsopdrachten. Ook worden enkele omissies hersteld van zaken die de wetgever reeds in een eerder stadium beoogde te bewerkstelligen of is toegezegd. Het wetsvoorstel heeft als doel de technische kwaliteit van de wetgeving te verbeteren.
Met de bekendmaking van de wet van 21 October 2023 (Stb. 2023, 360) is de eerste lezing van dit grondwetsvoorstel afgerond. De Grondwet schrijft voor dat na de bekendmaking van een dergelijke verklaringswet – en ontbinding van de Tweede Kamer – een tweede lezing van het grondwetsvoorstel plaatsvindt. 36468 is die tweede lezing.Initiatiefnemers willen bereiken dat mensen een referendum kunnen organiseren over besluiten die door de Tweede en Eerste Kamer zijn aangenomen. Voor de invoering van een correctief referendum moet de Grondwet worden aangepast.
Met dit initiatiefwetsvoorstel willen de leden Stoffer, Palland, Drost en Pouw-Verweij de positie van het gezin beter beschermen door het in de Grondwet te verankeren. Die verankering heeft als doel om de bescherming van het gezin tegen de overheid duidelijker te waarborgen en ervoor te zorgen dat de overheid bewust rekenschap gaat geven van de effecten van het beleid en de wetgeving op het gezin, zodat een meer weloverwogen en samenhangend gezinsbeleid ontstaat. Het voorstel werkt deze doelen uit in een viertal onderdelen:1. Eerbiediging van het recht op gezinsleven;2. Wettelijke bescherming van de economische, sociale en culturele belangen van het gezins- en familieleven;3. Recht om zijn of haar biologische ouders te kennen;4. Jaarlijks verslag over de staat van het gezin aan de Staten-Generaal.
Dit wetsvoorstel wijzigt de begroting van uitgaven en ontvangsten voor het jaar 2023 van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Deze wijziging houdt verband met de Miljoenennota 2024.