Het wetsvoorstel regelt dat niet langer iedere gemeente waar een ingezetene van Nederland zich aanmeldt, maar de gemeente waar de ingezetene woont, verantwoordelijk wordt voor het verstrekken van voorziening voor beschermd wonen (woonplaatsbeginsel).
Dit wetsvoorstel voorziet in een bevoegdheid voor de Autoriteit Consument en Markt (hierna: ACM) om toezicht te houden op de naleving van Verordening (EU) 2019/1150 ter bevordering van billijkheid en transparantie voor zakelijke gebruikers van onlinetussenhandelsdienstenDeze verordening legt transparantievereisten op aan platforms in hun relatie met ondernemers die goederen of diensten via een platform aanbieden aan consumenten en bevat bepalingen over geschillenbeslechting tussen deze partijen. Het dient te zorgen voor een eerlijke en voorspelbare bedrijfsomgeving voor (kleine) ondernemers die platforms gebruiken om hun goederen of diensten aan te bieden op de Europese interne markt
Wijziging van onder andere de Les- en cursusgeldwet in verband met de aanpassing van de indexeringsbepalingen van het lesgeld en cursusgeld en aanpassing van de hardheidsclausule.
Dit wetsvoorstel regelt een huurverlaging in 2023 voor huurders met een inkomen tot 120% van het zogenoemde minimum-inkomensijkpunt. Voorwaarde voor de huurverlaging is dat de woning wordt gehuurd van een woningcorporatie. De huur wordt verlaagd tot maximaal € 562,65 per maand. De regering wil met dit voorstel betalingsproblemen voorkomen door onder andere de hoge inflatie.
Vanwege de toenemende kwetsbaarheid van Nederland voor spionage is door het kabinet besloten dat aanvullende strafbaarstelling voor spionageactiviteiten wenselijk is, zoals geuit in het Coalitieakkoord 2021–2025. Dit wetsvoorstel wijzigt het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering (beiden ook voor BES) om de strafbaarheid voor spionageactiviteiten uit te breiden. Met dit voorstel wordt een zelfstandige strafbaarstelling van spionage ingevoerd. Spionageactiviteiten kunnen zich zowel richten op overheden en volkenrechtelijke organisaties als op bijvoorbeeld bedrijven en universiteiten. Daarnaast kan het verschillende vormen aannemen. Te denken valt aan het onrechtmatig verzamelen van (gevoelige) informatie of objecten, sabotage, het interveniëren in (besluitvormings)processen of beïnvloeding van personen. Deze activiteiten hebben met elkaar gemeen dat zij worden verricht door of ten behoeve van een buitenlandse mogendheid en schade toebrengen aan zwaarwegende belangen.
Dit wetsvoorstel zorgt voor de benodigde wettelijke grondslagen voor het rechtmatig, goed en efficiënt functioneren van kwaliteitsregistraties. Voor het goed functioneren van die kwaliteitsregistraties schieten de mogelijkheden op dit moment tekort. Dit heeft te maken met de geldende regelgeving op het gebied van privacy en bescherming van (bijzondere) persoonsgegevens.Onder een kwaliteitsregistratie wordt verstaan de verzameling, gegevensopslag en verdere verwerking van gegevens over een welomschreven cliëntenpopulatie. Dit wordt gedefinieerd aan de hand van de onderlinge overeenkomsten die de cliënten vertonen in hun aandoening, ziekte, zorgtype en/of complicatie. Het doel is om de kwaliteit van zorg aan die cliëntenpopulatie te meten en te verbeteren. Op basis van de rapportages van deze kwaliteitsregistraties kunnen zorgverleners en zorgaanbieders leren van elkaar en zo de kwaliteit van zorg verbeteren. De kwaliteitsregistraties dienen daarmee een algemeen belang ter borging en verbetering van de kwaliteit van zorg.
Het wetsvoorstel betreft een wijziging in de Wet experiment gesloten coffeeshopketen. Op 1 juli 2020 is deze wet in werking getreden. Deze wet maakt het mogelijk om een experiment met de teelt en verkoop van hennep of hasjiesj voor recreatief gebruik in een gesloten coffeeshopketen uit te voeren. De levering aan en de verkoop van de ten behoeve van het experiment geteelde hennep in coffeeshops zou plaatsvinden in maximaal tien gemeenten. Dit wetsvoorstel voorziet in de mogelijkheid een elfde gemeente aan het experiment toe te voegen.
Dit voorstel heeft als doel tijdelijk een begrotingsfonds in te stellen, zoals aangekondigd in het coalitieakkoord. Met dit Tranisitiefonds wil het kabinet de maatregelen bekostigen die nodig zijn om de stikstofbelasting van de natuur terug te dringen, evenals de emissies van broeikasgassen door landbouw en landgebruik. Daarnaast wil het kabinet maatregelen financieren die bijdragen aan het beschermen en ontwikkelen van de natuur en het tijdig voldoen aan de Kaderrichtlijn water en maatregelen die bijdragen aan de verduurzaming van de landbouw. De minister verzoekt de Kamer om de wet snel te behandelen, zodat het fonds in het begrotingsjaar 2024 gebruikt kan worden.
Het wetsvoorstel strekt tot het instellen van het Klimaatfonds als een begrotingsfonds, zoals bedoeld in artikel 2.11 van de Comptabiliteitswet 2016. De doelstelling van het fonds is om middelen beschikbaar te stellen voor maatregelen waarmee burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties ondersteund kunnen worden in het bijdragen aan broeikasgasreductie. Het wetsvoorstel regelt onder meer de doelstelling van het fonds en de aard van de uitgaven ten laste van het fonds. Het voorstel wijst de Minister van Klimaat en Energie als fondsbeheerder aan.
Regels aangaande een tijdelijke uitwisseling van persoonsgegevens ter identificering van de ouders die gedupeerd zijn als gevolg van problemen bij de uitvoering van de kinderopvangtoeslag en geconfronteerd zijn met uithuisplaatsing van kinderen (Tijdelijke wet uitwisseling persoonsgegevens UHP KOT).