Het kabinet heeft samen met werknemer- en werkgeversorganisaties in 2019 een pensioenakkoord gesloten. Dit wetsvoorstel komt daaruit voort. Het doel is een transparanter en meer persoonlijk (aanvullend) pensioenstelsel dat beter aansluit bij maatschappelijke ontwikkelingen en de huidige arbeidsmarkt. De pensioenopbouw wordt anders. Iedere deelnemer in een pensioenfonds gaat via een premieregeling pensioen opbouwen voor een persoonlijk pensioenvermogen. De pensioenpremie staat centraal en wordt voor alle leeftijden gelijk. In de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel moeten de bestaande afspraken aangepast worden naar de nieuwe regelingen. Daarvoor staan in het wetsvoorstel transitieregels. Ook staan in het wetsvoorstel regels over het overdragen van de pensioenrechten en pensioenaanspraken die zijn opgebouwd onder de huidige wetgeving (‘invaren’). Verder geldt er in de transitieperiode een afwijkend financieel toetsingskader. Het financieel toetsingskader is het stelsel van financiële normen voor pensioenfondsen dat er voor moet zorgen dat fondsen het afgesproken pensioen ook daadwerkelijk kunnen uitkeren aan alle generaties. Tot slot worden ook de fiscale regels aangepast aan het nieuwe stelsel en de transitie. Dit onder andere om de fiscale regels over pensioenen minder afhankelijk te laten zijn van de vorm waarin arbeid wordt verricht, zoals loondienst of arbeid als ondernemer. Naast de herziening van het pensioenstelsel regelt het wetsvoorstel ook de standaardisering van het nabestaandenpensioen, de experimenten voor pensioenopbouw door zelfstandigen in de tweede pijler (werknemerspensioen) en de verkorting van de wachttijd voor uitzendwerknemers.
Dit wetsvoorstel wijzigt de begroting voor het jaar 2022 van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Dit in verband met de eenmalige energietoeslag voor lage inkomens.
Via de categoriale bijzondere bijstand krijgen gemeenten de bevoegdheid om in het jaar 2022 een eenmalige energietoeslag te geven aan huishoudens met een inkomen net op of net boven het sociaal minimum. Uitkeren via de categoriale bijzondere bijstand betekent – in tegenstelling tot uitkeren via de individuele bijzondere bestand – dat gemeenten niet hoeven vast te stellen dat de ontvanger ook echt een sterk gestegen energierekening heeft en daardoor in de financiële problemen komt. De Participatiewet wordt voor deze regeling gewijzigd.
Dit wetsvoorstel wijzigt de Pensioenwet, de Wet inkomstenbelasting 2001 en een aantal andere wetten. Na inwerkingtreding van de Wet waardeoverdracht klein pensioen bleken er in de praktijk twee knelpunten. Om deze op te lossen wordt de automatische waardeoverdracht uitgebreid naar alle kleine pensioenen en kunnen kleine nettopensioenen en nettolijfrentes worden afgekocht als waardeoverdracht niet mogelijk blijkt te zijn.
Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en een aantal andere wetten in verband met de implementatie van Richtlijn (EU) 2019/1152 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019. Richtlijn (EU) 2019/1152 gaat over transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden in de Europese Unie (PbEU 2019, L 186).
Voorstel van wet van het lid Van Weyenberg en het lid Smeulders. Het initiatiefwetsvoorstel is bedoeld om ervoor te zorgen dat werknemers meer vrijheid krijgen in hoe zij de balans tussen het werken op werklocatie en het werken thuis willen organiseren. De Wet flexibel werken (Wfw) wordt gewijzigd om mogelijk te maken dat een verzoek om aanpassing van de arbeidsplaats op eenzelfde manier wordt behandeld als een verzoek om aanpassing van de werktijd of arbeidsduur.
Wijziging van de Wet arbeid vreemdelingen (Wav) met als doel bescherming van de arbeidsmarkt, het voorkomen en bestrijden van illegale tewerkstelling en bescherming van de positie van de werknemer. Naast een aantal aanpassingen bevat de wijziging twee maatregelen. De werkgever moet het loon maandelijks, giraal betalen zodat er meer zekerheid is dat de vreemdeling vrij over zijn loon kan beschikken en het toezicht op naleving van de juiste beloning effectiever kan plaatsvinden. En als een werkgever geen economische activiteit (meer) heeft kan een tewerkstellingsvergunning (twv) of gecombineerde vergunningen voor verblijf en arbeid (gvva) worden geweigerd. Hiermee wordt voorkomen dat een vreemdeling naar Nederland wordt gehaald door een werkgever terwijl deze niet in staat is om het loon te betalen.
Voorstel van wet van het lid Van Brenk. Het initiatiefwetsvoorstel wijzigt tijdelijk de Pensioenwet en de Wet verplichte beroepspensioenregeling. Dit in verband met aanpassing van de disconteringsvoet (dat is de rekenrente waar pensioenfondsen mee werken) en buitenwerkingstelling van de beleidsdekkingsgraad van pensioenfondsen gedurende de overgangsfase van het huidige naar het nieuwe pensioenstelsel. De initiatiefnemer wil hiermee de risico’s van kortingen op de pensioenen tijdens de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel verkleinen en garanderen dat het nieuwe pensioenstelsel niet start op het allerlaagste renteniveau.